De Volkskrant; Dromen verkopen; over de geisha´s; 29 maart 2007

Geisha´s vermaakten in Japan vanouds hun gasten met zang, dans en conversaties. Hun wereld leek er een van hard werken, maar ook van glitter en glamour. Door het boek van een voormalige geisha is die mythe nu verleden tijd.

De meeste westerlingen ontlenen hun beeld over geisha’s aan de film Memoirs of a Geisha en het gelijknamige boek van de Amerikaanse schrijver Arthur Golden. Dat speelt zich af in de jaren dertig van de vorige eeuw, in de Japanse stad Kyoto.
In een elegante en geheimzinnige wereld worden knappe geisha’s en maiko’s (leerlingen), met een zeker respect behandeld en komen ze voornamelijk in contact met welvarende en erudiete gasten uit de Japanse upperclass.
Het leven is weliswaar hard door de zware trainingen en onderlinge rivaliteit. Maar glitter en glamour overheersen en wie populair is, kan goud verdienen.
De geisha is een entertainer die haar gasten vermaakt met dans, muziek en vriendelijke conversaties. Ze is beslist geen prostituee. Betaalde seks speelt alleen een rol tijdens haar mizuage: de ontmaagding. De vrouw wordt dan een soort veilingstuk waarvoor de bezoekers van de theehuizen, tegen elkaar opbieden.
Vergeet het maar. De realiteit was vaak veel rauwer, vooral op het Japanse platteland.
Masuda Sayo - inmiddels over de tachtig - was zelf jarenlang een geisha. Haar bloedstollende Autobiografy of a geisha is een aanklacht tegen de romantisering van het geisha-bestaan en tegen schandalige behandeling van straatarme Japanse meisjes, die werden misbruikt om het cultureel erfgoed in stand te houden.

Masuda Sayo was een onecht kind en werd door haar moeder achtergelaten bij een oom. Die verkocht haar op haar twaalfde aan een geishahuis (okiya) in de stad Suwa, vlakbij Nagano. Het was 1937 en er werd bittere armoede geleden in die bergstreek.
De bazin van dit huis, de Takenoya, was de schrik van alle vrouwen die er woonden. Ze konden niet weg omdat ze eerst een enorme schuld moesten afbetalen. ‘Moeder’ deinsde er niet voor terug lijfstraffen toe te passen, zoals het op de huid uitdrukken van brandende sigaretten of een heet strijkijzer.
Jarenlang werd Masuda in de Takenoya behandeld als slaaf. Ze belandde zelfs in het ziekenhuis met een gebroken been omdat ‘moeder’ haar tijdens een driftbui van de trap af gooide.
In Suwa werd op grote schaal misbruik gemaakt van de geisha´s. Masuda zag hoe de vrouwen uit haar eigen huis walgden van de gedwongen seks met onappetijtelijke maar welvarende boeren uit de omgeving - mannen die vaak twee keer zo oud als hun ‘gezelschapsdames’.
En ze was er getuige van hoe haar oudere ‘zuster’ Takemi, een gruwelijke dood stierf ten gevolge van een ongeneeslijke geslachtziekte.
Op haar zestiende werd Masuda zelf geisha en ‘moeder’ verkocht haar mizuage - haar ontmaagding - wel vier keer. Op haar zeventiende had ze een miskraam.
Ze was populair en werd uitgenodigd op de betere partijen.
Maar ook Masuda kon niet overleven zonder danna, een ‘beschermheer’ die haar beschouwde als zijn maitresse en haar financieel sponsorde. Masuda haatte haar danna, een oude, bezitterige gangsterbaas, maar was afhankelijk van hem. Cockeye, zoals hij werd genoemd vanwege zijn ronddraaiende oog, kleineerde haar en sloeg haar, als ze zich te vrij gedroeg.
Uiteindelijk is ze bij hem vertrokken, zonder een cent op zak; ze was daarna ook niet meer welkom in Suwa. Met veel pijn en moeite bouwde ze elders een eigen leven op. Nu leidt Masuda een rustig en anoniem bestaan, ergens in Japan.
In 1958 werd prostitutie officieel verboden in Japan en werd ook de mizuage, strafbaar verklaard. Sindsdien is er veel veranderd en behoren zaken als dwang en mishandeling tot het verleden. Geisha´s worden nog steeds beschouwd als de elite-entertainers van de Japanse uitgaanswereld, maar ze bepalen zelf hoelang ze willen doorgaan in het vak. En hoe ze hun leven willen inrichten.

Gion is het bekendste geishakwartier in Japan. De wijk ziet er, vooral als de schemering inzet, betoverend uit. De smalle straten zijn geplaveid met kinderkopjes en worden omsloten door sobere, houten theehuizen met gesloten luiken. Voor openstaande deuren hangen halflange, gekleurde gordijnen met Japans sjablonen. Op de veranda’s hangen rolluiken van bamboe waar licht doorheen schijnt, het enige bewijs dat er volk is in de huizen.
Als de rode lampionnen ontbranden, die bij iedere theehuis hangen, lijkt het net of de tijd een paar eeuwen is teruggezet. Overal duiken geiko’s (de plaatselijke aanduiding voor geisha’s) en maiko’s op in vol ornaat. Ze fladderen als nachtvlinders door de straten, op weg naar hun afspraken.
Ze hebben uitdrukkingloze, spierwitte gezichten en zorgvuldig opgestoken haar. Een geisha lacht even naar een paar toeristen die haar verbluft aanstaren. Haar tanden steken geel af bij de make-up.
‘Tegenwoordig kiezen meisjes voor het vak omdat het ze een mogelijkheid biedt te ontsnappen aan het kleinburgerlijke milieu of aan een oninteressant bestaan als verkoopster in een warenhuis,’ zegt Peter Macintosh. Hij woont al veertien jaar in Kyoto en geeft rondleidingen door Gion.
Hij introduceert Miehina (18), een van de rising stars in Kyoto. Macintosh is een van haar trouwste klanten. Ze ziet er prachtig uit in haar zandkleurige kimono met mintgroene obi (band om haar middel) en is zorgvuldig opgemaakt. Beide lippen zijn rood; dat betekent dat ze een gevorderde maiko is. Beginners mogen alleen hun onderlip stiften.
Direct na de middelbare school begon ze met haar opleiding; in een brasserie aan de rand van Gion legt ze uit waarom. ‘Mijn wereld is heel anders dan die van de meeste meisjes van mijn leeftijd. Ik krijg muziek- en dansles van de beste leraren en ontmoet via mijn werk veel verschillende en interessante mensen. Ik heb ook al in Engeland opgetreden en verlang er naar om nog veel meer van de wereld te zien.’
Een belangrijke verschil met vroeger is dat een vrouw nu wél weg kan, als ze het bestaan als maiko niet meer ziet zitten. ‘Aanvankelijk was er ook een ander meisje in opleiding, in mijn theehuis’, vertelt Miehina. ‘Maar ze is ermee gestopt. Ze deed haar werk niet met haar hart en was ook niet erg populair. Ik ben wél erg op mijn plaats in deze wereld. Ik krijg er nog steeds een kick van als een klant me opnieuw boekt.’
Miehina werkt gemiddeld 28 dagen per maand en verdient zo’n 750 dollar per dag. Ze houdt daar zelf een klein bedrag aan over. De rest gaat naar de moeder van haar theehuis die veel heeft geïnvesteerd in haar opleiding en kleding (één outfit kost al 30 duizend dollar).
Na zes jaar zal Miehina alle investeringen hebben afbetaald en mag ze zelfstandig gaan wonen. Pas dan kan ze weer over haar eigen tijd beschikken en zélf bepalen hoeveel werk ze aanneemt. ‘Daar kijk ik best naar uit. Mijn familie zie ik nog wel regelmatig, die woont ook in Kyoto. Maar ik mis mijn vrijheid en oude schoolvrienden.’
Of ze wel eens verliefd is? Miehina biecht op dat ze helemaal gek is van de kabukispeler Ainosuke Kataoka, die ze helaas niet persoonlijk kent. Maar verder spelen mannen in haar bestaan beslist nog geen rol, zegt ze.
‘Dat komt omdat ze nog zo jong is, maar veel geisha’s hebben een danna,’ vertelt Macintosh. Hij is zelf getrouwd met een ex-geisha. ‘Ze mogen tegenwoordig trouwen, maar dan moeten ze afscheid nemen van hun vak. Dat komt steeds vaker voor. Anderen kiezen liever voor een danna. Sommige vrouwen hebben zelfs kinderen van hun danna, die voor het onderhoud zorgt.’
Hij wist op een nieuw theehuis, een natuurgetrouwe kopie van de oude panden in de straat. ‘Het kostte een kapitaal. Het is een cadeautje van een rijke danna aan zijn geisha. Hiermee heeft hij haar oudedagsvoorziening veilig gesteld. Vroeger waren alle huwelijken in Japan gearrangeerd en werkte het danna-systeem heel goed. Maar nu trouwen de meeste Japanners uit liefde en is het veel pijnlijker als een vrouw merkt dat haar man een geisha als maitresse heeft.’
Op straat treft Macintosh een andere maiko die hij goed kent. Alleen twee spits toelopende driehoeken in haar nek, zijn vrij van de witte make up. Japanners beschouwen dit specifieke blote stukje huid als iets heel erotisch; het is een verwijzing naar het vrouwelijke geslachtsorgaan.
Verder is ze van top tot teen gekleed en zijn al haar rondingen verdwenen onder meters stof. Wat is er dan toch zo betoverend aan deze vrouwen? ‘Wie met een maiko of geisha is, praat je even niet over de huur, rekeningen of de opvoeding van de kinderen. Ze zorgen ervoor dat een man zich heel speciaal voelt,’ zegt Macintosh. ‘Ze verkoopt dromen. De hele avond ben je in het gezelschap van een prachtige, beschaafde vrouw die je alle aandacht geeft, maar waarmee je nooit seks zult hebben. Ook al hoop je daar toch een beetje op.’

Kadertje:
Op nog maar een paar plaatsen bestaan echte geishabuurten zoals in Kanazawa, en Kyoto. Leefden er in Kyoto begin vorige eeuw nog duizenden maiko’s en geiko’s (de lokale naam voor geisha), inmiddels wordt hun aantal geschat op 280.
Een bezoek aan een echt Japans theehuis - waar maiko’s en geiko’s hun kunsten vertonen - is peperduur; het kost ongeveer 500 euro per persoon per avond. En het is alleen weggelegd voor de happy few die worden geïntroduceerd door een bekende. De vrouwen worden ook ingehuurd door restaurants of ze gaan uit met klanten, tegen betaling

Sayo Masuda ‘Autobiography of a Geisha’; ISBN 9780099490777
Rondleidingen door Gion: www.kyotosightsandnights.com