april 2012 - 'Afzien' in de Yellow Mountains

foto: Deng Xiaoping in korte broek, op de top van de berg

Reisgidsen putten zich uit in superlatieven om de schoonheid te beschrijven van de Gele Bergen in de arme Chinese provincie Anhui.
‘Discover the fabled beauty of China’s most gorgeous mountains’.
‘Huang Shan, a jumble of sheer granite cliffs wrapped in cottony clouds that inspired an entire school of ink painting during the 17th and 18th centuries…’
Bepakt en bezakt trokken we erop uit, met een scala aan regen/windjacks binnen handbereik. Goed georganiseerd als we waren stonden Irma en ik om 20:40 uur gereed voor de nachttrein, op het Shanghai South Railway station.
Terwijl de rest van het gezelschap zich had verzameld op het Shanghai Station, dat zeker een half uur rijden noordwaarts lag. En waarvandaan de trein om 21:03 daadwerkelijk zou vertrekken. Typisch gevalletje van spraakverwarring.
Het vervolg leek op een aflevering uit het programma ‘China rush’, waarin kandidaten (in dit geval I en ik) altijd binnen afzienbare tijd een opdracht moeten vervullen en uitsluitend rennen, jammeren en vloeken, met grote rugzakken om.
Dankzij een taxichauffeur met doodsverachting, die dezelfde race- en slalom kwaliteiten had als Michael Schumacher, waren we nog net op tijd. Het verloop van de rit kan ik niet navertellen want ik heb twintig minuten lang mijn handen voor mijn ogen gehouden. Volgens I leek het op iets dat je alleen in een film ziet.
Eind goed, al goed. Eenmaal in onze slaapcoupé konden we het torenhoge adrenaline niveau in ons bloed gelukkig temperen met rode wijn. Die zat niet standaard inbegrepen in de reis maar gewoon in Ginny’s rugzak, dying to get out.
De softbeds, waren goed te doen. De WC (een gat in de grond waaromheen in het ergste geval uitwerpselen dreven) betraden we met ogen en neus dicht. En sommige reizigers konden dat zelfs niet meer opbrengen.
Op het perron op de plaats van bestemming lag tussen een paar vuilniszakken, een kolossale mensen drol (hoe had de persoon in kwestie dat klaagespeeld zonder gêne? Op Chinese perrons is het immers altijd druk. Chinezen zijn niet snel geshoqueerd en wat gewend qua hygiëne, maar poepen in het openbaar??)
In ons reisgroepje is niemand gediend van dominante types die hun wil opleggen. En het moet allemaal niet te strak geregeld zijn. Wij houden nou eenmaal van improviseren. Zo ging het vorig jaar en nu dus ook weer. Met als gevolg dat niemand de leiding op zich nam en we een makkelijke prooi waren voor dubieuze ‘reisadviseurs’, die overal opdoken.
We lieten ons meteen in een verkeerde bus proppen, die naar een vaag dorp ging in plaats van naar de berg. Maar ieder nadeel heb z’n voordeel. Want in het dorp liepen we ‘toevallig’ aan tegen de onvolprezen reisgids Mr. Cheng. Die nog nooit een voet buiten de provincie Anhui had gezet, laat staan buiten China, maar perfect Engels sprak.
‘Indeed you took the wrong bus. I am utterly sorry for the inconvenience, but do have a lovely breakfast in my restaurant!’ Alsof hij jaren had doorgebracht op een prestigieuze Britse boardingschool.
Mr. Cheng, die feilloos aanvoelde waar een vermoeide westerling naar snakt op een vroege, regenachtige ochtend, maakte een prima ontbijt voor ons klaar. Met versgemalen koffie en een berg banana pancakes. En dat was precies wat we nodig hadden, als voorbereiding op de zware beklimming die ons te wachten stond.
Het eerste deel van de tocht ging per kabelbaan, die al snel verdween in een wolk. En om de enorme aantallen bezoekers te kunnen verwerken, was vanaf het basecamp een trap van beton aangelegd die helemaal tot aan de top reikte.
Duizenden chinezen liepen er op- en af in typische bergkleding. Zoals op maat gemaakte glimmende, grijze pakken, jurken met laag uitgesneden decolleté's en pumps, flatjes en stoffen instappers uit de Mao tijd. Ik zag er bespottelijk uit, met mijn trainingbroek met legerprint en stevige bergschoenen.
Zo nu en dan viel er wat motregen en hulden we ons in alles bedekkende regenponcho’s, een plastic variant op de Burka. En zo zwoegden we voort, met alleen een camera en een rugzakje als last.
We werden voortdurend gepasseerd door dragers die grote zakken rijst of kratten met flessen water naar boven sjouwden, aan dikke bamboestokken (alle restaurants en hotels op de berg werden immers zo bevoorraad).
Ook droegen deze menselijke pakezels, kreupele en/of verwende Chinezen naar boven, die vanaf bamboe draagstoelen, minzaam neerkeken op de plebs.
Na vier uur trappen lopen waren we opgelucht toen het befaamde Beihai Hotel opeens opdoemde uit de mist. In dit hotel, op de top van de berg, hadden ook grootheden als Deng Xiaoping, Zhou Enlai, Jiang Zemin en Kofi Annan ooit gelogeerd.
Of ze zijn gefotoshopt, of Deng Xiaoping, Zhou Enlai, Jiang Zemin en Kofi Annan hadden enorme mazzel. Want op alle foto’s van deze eregasten, die in de lobby van het hotel hingen, was het zonnig en kraakhelder. En zagen we een glimp van wat het uitzicht had kúnnen zijn.
Maar de wolk waarin wij terecht waren gekomen leek onoplosbaar en bleef maar hangen. 'The stellar scenery and idyllic views, that easily belong to the select company of China’s top 10 sights’, hebben we dan ook vooral op ansichtkaarten gezien.
Het mocht de pret niet drukken. Hoe dichter de mist, des te beter werden de grappen. En ook de grijze contouren van bomen en mensen, zijn best het fotograferen waard. Heus!
Om te herstellen van de barrer tocht brachten we de laatste avond door in het hetebaden-complex (met geneeskrachtig water) in Huangshan City. Verplicht met badpakken aan. Masha, Ginny en ik toverden ze zo uit onze rugzak. Maar Irma en moesten er ter plekke een kopen.
Laten we zeggen dat het gemiddelde badpak in China (felgekleurde bloemen-dessins; veel strikjes en ruches) iets frivoler en bonter is dan in Europa. En dat het woord stoeipakje misschien meer op zijn plaats was.
Bier doet het altijd goed na een warm bad. En loom en geheel tevreden rolden we uiteindelijk in onze hemelbedden, in het uitermate smaakvolle Hui Boutique hotel. In het oude gedeelte van de stad, was het om 21:00 uur ’s avonds al pikkedonker en volledig uitgestorven. De wilde uitgaansplannen hebben we dus maar bewaard voor Shanghai.
www.huistylehotel.com