Reli-porn in de Hermitage & Stedelijk Base als speeltuin; januari 2018
Ter inspiratie bezoek ik met vriendin F. iedere week een expositie. Dat doen we onze eigen manier: in rap tempo, zonder audiotour (nee dank u) en ruim voorzien van commentaar.
Ideaal is een bezoek een uur voor sluitingstijd want dan is het meestal rustig maar het liep anders bij de tentoonstelling Hollandse Meesters uit de Hermitage. Het leek wel of alle bejaarden uit Amsterdam en omgeving rond 16:00 uur waren uitgerukt om de mooie portretten, mollige engelen en Bijbelse taferelen te aanschouwen.
In een van de zalen werd mijn blik getrokken door het immense schilderij 'Lot en zijn dochters' van Joachim Wtewael: reli-softporn anno 1600. Een man ligt innig omstrengeld met twee naakte vrouwen op een open plek in het bos. Drank, kazen en druiven zijn er in overvloed; met de rechterhand heft de beschonken Lot een glas wijn en met de linkerhand knijpt hij in een tiet.
Een bezoeker lachte besmuikt om het incestueuze tafereel. 'Dat zou je nu echt niet meer kunnen schilderen,' zei hij met een knipoog.
Bespeurde ik een licht gekwelde blik in Lot's ogen op het doek? Ik werd nieuwsgierig naar het Bijbelse verhaal waarop het schilderij was gebaseerd. Voor een keer had ik het audiosetje wel uit de handen willen rukken van de vrouw met een pittig kort kapsel en hangende mondhoeken, die geconcentreerd naast me stond te luisteren. Het leek me beter haar niet te storen.
Wikipedia bood gelukkig uitkomst. Lot kwam uit de zedeloze stad Sodom waar zich permanent een grote orgie afspeelde. Lot wilde twee door God gestuurde engelen redden uit de klauwen van een groep zondaars, door zijn twee dochters aan te bieden aan de hitsige massa. Maar die engelen wisten zichzelf prima te verdedigen en uiteindelijk lieten ze Lot en zijn gezin vluchten, terwijl ze de stad trakteerden op een regen van zwavel en een zee van vuur.
Ongeschonden wisten Lot en zijn dochters te ontkomen naar de bergplaats Zoar. Na enige tijd verleidden de vrouwen hem tot seks want ze wilden zwanger raken en behalve Lot was er geen vent meer te bekennen in de wijde omtrek.
Prostitutie, incest...het kon allemaal niet op. Voor Lot echter geen Hel & Verdoemenis want hij was een gelovig man en hij kon zich beroepen op overmacht, hij was immers 'tegen zijn zin' dronken gevoerd. Ik kijk nergens meer van op. Als dat de moraal van het verhaal is dan mag streng gelovig Nederland bijzonder blij zijn dat de #metoo discussie zich nog niet heeft uitgestrekt tot de Bijbel.
Na de Hermitage waren we weer even genezen van Oude Meesters en religieuze waanzin en namen we de proef op de som in het Stedelijk. Op naar de nieuwe museumtuin met hedendaagse kunst, de nalatenschap van de gesneuvelde directeur Beatrix Ruf.
De controverse rondom de inrichting had ons nieuwsgierig gemaakt: was 'Stedelijk Base' een belediging voor de kunst of zou het meevallen?
Ik kan er kort over zijn: wij waren meteen om. We vonden de potpourri van bijzondere werken uit de periode 1890 - 1980, zelfs opwindend.
Never a dull moment: van Matisse en Van Gogh, via Schwitters en Tinguely naar Lichtenstein. De Base had iets weg van een schatkamer en nee, het wulpse, naakte houten beeld van Ernst Ludwig Kirschner, het lelijke mannetje van Jean Dubuffet en de aanstellerige video van Marina Abramovic (die 'methodisch en krachtig' haar haar kamt en bijna klaar komt terwijl ze roept 'Art Must Be Beautiful'), hebben niets met elkaar gemeen. Maar is dat erg? De werken waren ooit vernieuwend, ze mogen gezien worden en ze staan nu niet te verkommeren in een depot.
Maar de directeur van een gerenommeerd Rotterdams museum en zijn vrouw dachten er heel anders over. Hoofdschuddend liepen ze door de zaal. Ze zijn kennissen van F. en een uitwisseling van ervaringen was onvermijdelijk.
Hij ging er eens goed voor staan en nam diep adem.
'Kijk dan heb je een echte Rothko. Die hang je toch niet pal naast een De Kooning en zeker niet op zo'n lullig paneeltje... Het is onthutsend!' Riep de directeur bijna schuimbekkend van verontwaardiging.
Wij zagen het probleem niet qua combinatie van schilderijen en we vonden de stalen tussenschotten - waarover krantenpagina's zijn volgeschreven - nog niet zo'n slecht idee. We begrepen alleen niet waarom ze zeven ton meer hadden gekost dan begroot. Dat vonden wij een kunst op zich.
Een directeur van een gerenommeerd museum uit Rotterdam spreek je echter niet tegen en we stonden er wat bedremmeld bij. Voorzichtig opperden we dat het allemaal toch ook best inspirerend was, of zoiet. Dat hadden we beter voor ons kunnen houden. 'Inspirerend, inspirerend? Het is hier net een Efteling! Dit is een museum-speeltuin voor peuters en kleuters, niet een expositie voor serieuze kunstliefhebbers!'
Hij had het nog niet gezegd of er liepen ouders voorbij met kinderen op hun nek.
We waren enigszins geïntimideerd en voelden ons verplicht om nog eens goed naar het Rothko-schilderij te kijken dat zó bijzonder was volgens de directeur, dat het Stedelijk er een hele zaal voor had moeten reserveren.
In een zee van ruimte hing een bruin vlak met daarin een blauwe vlak, spannender werd het niet. We hielden de lippen stijf op elkaar om de toorn van de directeur niet weer over ons af te roepen.
'Kinnesinne', concludeerden we toen de man zijn weg had vervolgd. 'Een soort Ajax-Fijenoord nijd'. Ondertussen kon je over de hoofden lopen in De Base. We vroegen ons bij vertrek af of Beatrix Ruf haar nalatenschap al had gezien en of ze ervan had genoten.